Tekst: Wim du Mortier
Cover foto: Matthieu Zazzo
Het is misschien toch een beetje opmerkelijk; Sub Pop tekende afgelopen jaar voor het eerst in de geschiedenis een Francophone band. De taalkwestie kan Dominic Berthiaume en Jonathan Robert van de Franstalige band Corridor niet zo boeien en ze hebben niet het idee dat in het Frans zingen een nadeel oplevert voor de carrière van de band. “Het maakt de kans misschien kleiner dat het publiek onze teksten mee gaat zingen. Maar we zijn ook geen Bon Jovi hè. Niet dat de teksten onbelangrijk zijn, maar een hoofdrol spelen ze in onze muziek niet. Wij gebruiken vocalen vooral als een instrument.”
In de buitenwijken van Montreal waar gitarist Berthiaume en en bassist Robert opgroeiden had je als tiener een simpele keuze. Je rookte joints en luisterde naar hiphop of je stond op een skateboard en was fan van Californische punkrockbands. De twee jongens vonden elkaar op twaalfjarige leeftijd in de voorkeur voor punkrock en maken sindsdien af en aan muziek met elkaar. “We zijn net een stel”, zegt Berthiaume met een brede grijns die innige genegenheid verraadt. Ze deelden lange tijd woonruimte en zijn dikke vrienden. Ook nog na een korte maar intense opnamesessie waarbij hun eerste plaat uitgegeven door Sub Pop gestalte kreeg waarbij die vriendschap stevig op de proef werd gesteld. “Het was intenser dan tien jaar bij elkaar wonen.”
Junior wordt al het derde volwaardige album van de Canadese band. De plaat is onder grote tijdsdruk tot stand gekomen. Daar was de band zelf schuldig aan. “Nadat we hadden getekend bij Sub Pop wilden we per se in het najaar van 2019 een nieuwe plaat uitbrengen. Ons vorige album verscheen in 2017 en 2020 is dan gelijk zo veel later voor je gevoel. Sub Pop liet al snel weten het prima te vinden maar dat de plaat dan wel in mei klaar moest zijn. Ze waarschuwden ons dat we wel erg snel van stapel wilden lopen en gaven aan dat we gerust alle tijd mochten nemen om het best mogelijke album te maken. Maar wij wilden gewoon graag een volgende stap zetten en weer eens nieuwe nummers spelen in onze live-set.”

Op het moment dat het contract werd getekend, hadden de Canadezen nog maar vier demo’s. Als een razende zijn meer nummers geschreven en in zes weken tijd is de plaat opgenomen. Robert klapt illustratief met zijn handen: “Het ging echt zo van tsjak tsjak tsjak, door en niet terugkijken. Maandag waren de opnamen klaar en dinsdag begonnen we al te mixen. De producer weigerde mixen te bouncen. We hebben nooit iets mee naar huis genomen.” “Dan ga je je alleen maar weer bedenken,” licht Berthiaume toe. Het gevolg is wel dat de jongens nog nauwelijks durven luisteren naar het resultaat. “Ik heb nog even tijd nodig voor ik het kan. Ik weet nog niet wat ik er van moet vinden,” erkent Berthiaume. Ze zijn dan ook gretig naar gesprekken met journalisten omdat ze zo voor het eerst feedback krijgen op het resultaat. “Het was best een risico om het zo aan te pakken, want direct lagen er ook afspraken over een tour door de VS en Europa die dit najaar beginnen. Er mocht dus niks misgaan,” vertelt de bassist.
Jeugdvrienden
Berthiaume en Robert kennen elkaar al van de middelbare school. In die periode speelden ze in bandjes die in het Engels zongen. “In die bands schreven wij geen nummers en zongen wij ook niet,” vertelt Berthiaume. Robert is tegen wil en dank bas gaan spelen. “Er waren twee gitaristen en een drummer, alleen een bassist ontbrak. Ik wilde per se meedoen, dus kocht ik een goedkope bas en ben me daar op gaan toeleggen. Het bizarre is dat tien jaar later bij de vorming van Corridor hetzelfde gebeurde. Dominic kwam thuis met op zijn telefoon opnamen van een jam die hij met vrienden had gemaakt. Twee gitaristen en een drummer…. Het enige wat overbleef was dus weer de bas. Dus ben ik maar mee gaan doen met nog steeds die goedkope actieve bas die eigenlijk alleen geschikt is om in punkrockbands te spelen.”
Dat de twee vrienden de zang voor hun rekening nemen in Corridor is al evenzeer uit nood geboren. “We wisten geen van beiden hoe we moesten zingen. Laten we die last dan maar delen, dachten we,” vertelt de gitarist. Zo ontstond wel een van de elementen die Corridor een eigen smoel geeft: de harmonieuze samenzang, gedrenkt in een dikke laag reverb. “Wij gebruiken de zang vooral als een extra instrument. In het begin voelde het heel ongemakkelijk om onze stemmen te horen. Daarom verhullen we het liever in een dikke laag reverb.”
De Franse taal is gebleven. “In de bands die Engelstalig werkten heb ik geprobeerd nummers te schrijven maar dat vond ik erg moeilijk. Toen ik in Corridor in mijn eigen taal ging schrijven, was dat echt een openbaring voor mij. Het is veel fijner om in je eerste taal te schrijven. Je woordkeus is niet alleen rijker, je kunt je ook beter uitdrukken.”
Behalve dat de band zekerder is geworden in de zang, hebben ze ook koers gevonden in het componeren. Op een van hun vorige platen namen ze als laatste een nummer op dat ze bij het live spelen goed beviel. Het is niet volgepropt met tal van ideeën, maar bouwt een thema geleidelijk uit. Dat is de stijl geworden die Corridor verkiest. “Je moet de tijd nemen om van iets te kunnen genieten,” zo verwoordt de gitarist de filosofie van Corridor beeldend. “Dat is dan ook het startpunt geweest voor alles dat we daarna hebben gedaan. We houden het nu liever simpeler en steken meer energie in hoe je een nummer opbouwt.” Componeren doen ze trouwens altijd samen met alle vier de bandleden en nummers ontstaan meestal uit jams. “We zijn een democratische band,” vertelt Robert. “Komen we er eens niet uit, dan vragen we Julian (gitarist Julian Perreault) en Julien (drummer Julien Bakvis) wat zij ervan denken. Ontstaat dan een meerderheid, dan zal dat waarschijnlijk wel de beste keus zijn. “In een band helpt het enorm als iedereen zich een beetje bescheiden opstelt en niemand zich beter voelt dan de anderen.”

Zelfzuchtig
Het duo houdt van popmuziek met hooks. Dat hoor je dus ook terug in hun muziek. Maar, zo benadrukt Robert, het moet niet te makkelijk worden. ‘Sweet and sour’ moeten er allebei inzitten, zo noemt hij dat. Toch is Junior al bij al een zachtaardige plaat waar niemand aanstoot aan zal nemen. En ook weer niet extreem onderscheidend van veel genregenoten. Waarom muziek maken die ook door anderen wordt gemaakt? “Dat heeft ook helemaal geen zin,” zegt Berthiaume resoluut. “Muziek maken we uiteindelijk alleen voor onszelf. Het heeft iets zelfzuchtigs. We vinden het leuk om te doen en maken muziek waar we zelf ook graag naar luisteren.” Robert: “Wij zijn gewoon opgegroeid met het idee dat muziek maken er bijhoort. Het is voor ons altijd een hobby geweest. We hadden maandagavond niks te doen en vonden het leuker met vrienden bij elkaar te komen in plaats van te gamen of tv te kijken. Dat we daarmee nu gekomen zijn waar we nu zijn, verrast ons ook.”
Aldoende is Corridor de eerste Francophone band die het gedistingeerde label Sub Pop tekent. Ja, er was ooit Les Thugs op het label, maar die Franse band zong wél in het Engels. Het tekenen van dit contract stelde Robert in staat zijn baantje bij een luxe fastfood restaurant na 11 jaar trouwe dienst op te zeggen. “In een mooi overhemd en een nette broek; maar ik bracht wel gewoon kip met friet rond. Maar het was een ideale baan voor een muzikant, want ik kon altijd voor langere tijd weg, als dat nodig was voor de band.
“Dat Sub Pop ons wilde tekenen kwam als een totale verrassing. We hebben er zelf ook niet aangeklopt, maar een tourmanager heeft voor ons contact met ze gezocht. Die zei op een dag, ‘kan je over twee weken naar New York gaan, want Sub Pop wil met jullie praten’. “Zo is het gekomen. We zien het nog steeds niet als een carrièrre. Maar het is nu wel serieuzer geworden natuurlijk, maar genieten er nog steeds elk moment van.”