Tekst: Bente van der Zalm
Foto’s: Ivana van der Zant
Het is al gezellig druk in het Amsterdamse Cinetol op deze koude en regenachtige november zondagavond. Iedereen staat vol spanning te wachten op de Ierse alternatieve rock/grungeband Fangclub. Die spanning van het wachten wordt verlost met ‘Immigrant Song’ van Led Zeppelin. Ook al zijn de referenties naar Nirvana makkelijker te maken, we snappen dit opkomstnummer wel. ‘Immigrant song’ is hét slechteriken-nummer in veel films en ook Fangclub probeert dit imago op het podium neer te zetten.
De stampende bassen en strakke drums vormen een stevige basis in de muziek van Fangclub en die horen we meteen terug in openingsnummer ‘Vulture Culture’, het titelnummer van de plaat die de band eerder dit jaar uitbracht. We zijn positief verrast om vier bandleden op het podium aan te treffen. Eerder dit jaar op Vestrock zagen we Fangclub nog als trio, maar nu staat er een hecht viertal. Aan adempauzes komen zowel band als publiek weinig toe, soms een kort praatje of een rustig intro, maar verder is het: volume op elf en gaan. Dit is ook precies waar het publiek voor komt.
Keer op keer vertelt zanger Steven King hoe geweldig hij het vindt om in Amsterdam te spelen en dat hij ook blij is om weer naar huis te gaan, want vanavond is de laatste show van de tour. Hij is zelfs zo blij hier te spelen dat hij besluit om speciaal vanavond ‘Last Time’ te spelen. ‘Last Time’ is het openingsnummer van eerdergenoemd album en meteen een heel ingetogen en persoonlijk lied. Het publiek is muisstil en zowel voor King al voor de rest van de band is dit een emotioneel moment. Halverwege onderbreekt King zelfs het nummer om zijn tranen weg te vegen en bassist Kevin Keane zingt stil mee. King begint solo, maar op het einde valt de band ook in en ontpopt het zich tot een ruiger nummer. Dit wordt gevolgd door afsluiter ‘Bullet Head’. Hoewel de overige bandleden weglopen, blijft King staan om ‘I Will Always Love You’ dramatisch overdreven mee te playbacken. Hierin spoort hij het publiek aan om mee te krijsen. Het was ongemakkelijk lang, maar wel een leuke tegenhanger van alle ruige muziek.