Tekst: Dennis de Waard Foto’s: Peter Ryle

Australiërs Rolling Blackouts Coastal Fever waren er. Ineens. Hun debuutalbum Hope Downs werd uitgebracht op het prestigieuze Sub Pop label en de band speelde opeens over de hele wereld. Vandaag verschijnt hun tweede album Sideways to New Italy. We belden een paar weken geleden met zanger/gitarist Joe White over de nieuwe plaat.

‘Sideways to New Italy heet de nieuwe plaat. New Italy is een minuscuul klein dorpje aan de oostkust van Australië waar Tom (gitaar, zang) en Joe (bas)Russo’s familiebanden liggen. Op het album horen we nog steeds puntige indierock maar durft Rolling Blackouts Coastal Fever het ook rustiger aan te doen.

Hi Joe, gefeliciteerd met jullie album! Sideways to New Italy lijkt voor jullie een plaat te zijn geworden waarop jullie meer met nostalgie spelen, klopt dat?
“Thanks! Ja, eigenlijk wel. We brachten Hopes Down uit en speelden ineens overal. En dan niet alleen Australië, maar de halve wereld! Na een aantal jaar gespeeld te hebben, waren we erg toe aan rust en die vonden we terug in onze thuisplaats met familie en gewoon met elkaar als band.”

Maar jullie lijken op het album ook te worstelen met waar je nu eigenlijk thuishoort.
“Klopt, we hebben on the road veel gezien, mensen ontmoet, fans ontmoet. Het is soms dan weer lastig om je rust te vinden als je dat een aantal jaar niet hebt gehad. We proberen er op deze plaat dan ook achter te komen waar we echt thuis zijn.”

Jullie worden dus echt volwassen!
“Hahaha, ja je zou zeggen van wel he! Nee, even serieus, ik denk dat we als mensen al vrij volwassen zijn en waren voor deze plaat, maar het is juist het album dat ons als band volwassen maakte.

Vertel.
“Nou, we durven meer. Bij de eerste plaat waren we veel aan het kloten en gingen we met een hele hoop ideeën maar wat doen. Natuurlijk kwamen daar uiteindelijk wel nummers uit waar we helemaal tevreden mee zijn, maar dat is nu helemaal anders. Iedereen in de band is continue bezig om nieuwe dingen te proberen. We durven nu veel sneller iets cools aan elkaar te laten horen. Als ik een stuk tekst heb, of een melodie in mijn hoofd, dan vertel ik het meteen. Ten tijde van de eerste plaat had ik dat niet.”

Jullie worden dus als band volwassen, maar zo klinkt de plaat ook. Dit nieuwe album heeft nummers die in het verlengde van jullie eerste album liggen, maar ik hoor ook dat jullie gas terug durven te nemen.
“Cool dat je dat hoort! We zijn er eigenlijk best zenuwachtig voor, voor wanneer het publiek de plaat echt gaat horen. Maar ja, we durven inderdaad wat rustigere nummers te maken, dat past ook heel erg bij het thema thuiskomen en wat we eigenlijk wilden na dit intensieve touren: rustige muziek. Plus: het maakt ons oeuvre iets rijker. We kunnen niet constant aankomen met nummers die eenzelfde tempo aanhouden. Dat zou het live ook saai maken.”

Over live spelen gesproken, het lijkt me enorm teleurstellend om nu een album uit te brengen dat je vervolgens lange tijd niet zou kunnen spelen. Hoe ga je daar mee om?
“Tja. Het is nu eenmaal klote. We hebben het niet in de hand, maar ik hoop dat als mensen ons nieuwe album horen het hele thema van ‘een thuis hebben’ toch ook weer troost kan bieden. Iedereen zit thuis, ons album gaat over een thuis vinden, dat gaat nog best hand in hand. Kijk, die liveshows, die zullen ooit weer terug komen. Zodra dat weer mogelijk is, dan staan wij ook weer klaar om te vlammen, dat beloof ik je!