Tekst: Paul van der Zalm

Vandaag verschijnt Generations van Will Butler, vier jaar na zijn semi-live album Friday Night en officieel de opvolger van zijn debuut Policy uit 2015. De naam van Butler zal misschien niet iedereen direct bekend in de oren klinken, maar wie Arcade Fire een beetje volgt, zal hem (her)kennen als de tomeloos energieke muzikale duizendpoot van deze band (en broer van frontman Win Butler), die bij live-optredens de volle ruimte pakt op het podium.

Hoewel er volgens de berichten hard gewerkt wordt aan een opvolger van Arcade Fire’s laatste album Everything Now, blijkt uit Generations dat Will Butler behoefte had aan een uitlaatklep voor zijn energie en creatieve en maatschappelijke bevlogenheid. Dat laatste kon je natuurlijk al afleiden uit de titel van zijn debuutalbum, maar veelzeggend is ook dat Butler in de tussenliggende periode ook nog eens is afgestudeerd aan Harvard in de studierichting Public Policy (openbaar of overheidsbeleid). De goede verstaander hoort dit terug in de teksten op dit album; Butler reflecteert daarin op zijn plaats in de wereld, houdt daarmee ook de luisteraar een denkbeeldige spiegel voor en past dus helemaal in deze tijdgeest. Meteen in het sci-fi-achtige openingsnummer ‘Outta Here’ wordt afstand genomen van de vorige generatie(s) en ook de openingszin ‘Kill the rich’ in ‘Hard Times’, tegen de achtergrond van een pulserende beat en met vervormde vocalen, liegt er niet om. De single ‘Surrender’, die gaat over idealen die kunnen veranderen en over hoeveel invloed je in je eentje kunt hebben, kun je evenwel zien als het sleutelnummer van het album, want daarin is ook het contrast het grootst tussen de teksten en de muziek: het is namelijk een onvervalste uptempo meezinger en -klapper met bijna melodramatische zang.
Ook in de overige nummers zoekt Butler muzikaal gezien het randje op; ‘Bethlehem’ bijvoorbeeld is een uptempo rocksong met een volle productie die herinneringen naar boven haalt aan het gouden duo Meat Loaf/Jim Steinman. En in het (lange) slotnummer ‘Fine’ croont Butler als een Robbie Williams in een big band-arrangement. (Terzijde: Butler heeft intussen ook nieuwe liedjes geschreven voor een stuk van David Adjmi ‘Stereophonic’ waarvan de première op Broadway in 2021 gepland staat.) De tekst van ‘Fine’ toont Butler van een kwetsbare kant en dat geldt ook voor het gospelachtige ‘Not Gonna Die’ met een opkomende hartslag in het begin en de mantra ‘Quit Saying That … Is Gonna Kill Me’ waar op de plaats van de puntjes een flink aantal angsten genoemd worden.
Vermeldenswaard is verder ook nog het nummer ‘I Don’t Know What I Don’t Know’, dat donker en intrigerend is. Maar vergeet vooral niet te luisteren naar de single ‘Close My Eyes’, een luchtig klinkend, maar indrukwekkend liedje; Butler zingt hier op zijn mooist, in harmonie met zijn vaste bandleden (Miles Francis Arntzen, Sara Dobbs, Julie en Jenny Shore).

Overige wetenswaardigheden die we jullie niet willen onthouden:
De helft van de nummers zijn gemixed door Mark Lawson, vaste technicus van Aracade Fire, in Montreal, Canada en de overige nummers door Shiftee in Brooklyn, New York.
Voor ‘I Don’t Know What I Don’t Know’, ‘Not Gonna Die’, and ‘Fine’ hebben Stuart Bogie en Matt Bauder de speciale arrangementen voor houtblaasinstrumenten verzorgd. 
Het hoesontwerp, een grote vingeradruk, is van Daniel Murphy.

Merge Records / Konkurrent