Tekst: Paul van der Zalm

Het is alweer vier jaar geleden dat Visions Of A Life, het tweede album van Wolf Alice, uitkwam, waarmee de band volkomen terecht de Mercury Prize won. Met dit album én de daaraan gekoppelde wereldwijde tour eiste het kwartet rond Ellie Rowsell definitief een plaats op als headliner. Dit werd treffend verbeeld door regisseur Michael Winterbottom, die de band een tijd volgde. Buiten Engeland werd de tour in december 2018 afgesloten in Tivoli Vredenburg en daarna werd het stil, afgezien van een teken van leven in 2020, de bijdrage van Rowsell aan ‘Teenage Heartache Dreams’ van Mura Masa.

We waren dus ook blij verrast toen er in februari van dit jaar ineens een nieuwe single gedropt werd die ons meteen bij de lurven greep. ‘The Last Man On Earth’ begint eenvoudig met een strak pianoritme en een eenvoudige zanglijn, maar groeit dan bijna ongemerkt uit tot epische proporties, met name wanneer de band halverwege invalt en er een aantal lagen worden toegevoegd met onder andere een strijkarrangement; dat levert tegen het eind zelfs nog een kort Beatle-esque intermezzo op. Het nummer is niet gericht op een specifiek iemand, maar op de mensheid in het algemeen. In plaats van de videoclip die dit nummer begeleidt, raden we je deze versie aan die voor het programma van Jools Holland werd opgenomen.

Met het verschijnen van de single werd ook meteen het nieuwe album ‘Blue Weekend’ aangekondigd, dat vandaag (een week eerder dan gepland) verschijnt. Voor de opnamen daarvan trok de band zich terug in Somerset, ver van alle hectiek. De bandleden verbleven in een Air B&B, konden daar aan demo’s werken in een omgebouwde kerk en vonden zo de inspiratie voor nieuwe nummers. Drummer Joel Amey verdiepte zich daarbij in de muzieksoftware Ableton en gitarist Joff Oddie verkende mogelijkheden om akoestische instrumenten in te zetten en het geluid daarvan te stapelen. 

Om met het goede nieuws te beginnen: het vertrouwde Wolf Alice-geluid is gebleven, dus fans kunnen het album blind aanschaffen. Wat wel meteen opvalt, is dat er op alle niveaus nog meer verdieping is, zowel muzikaal als tekstueel. Rowsell lijkt zich het motto van het Songfestival, “Open up”, goed ter harte te hebben genomen en gevoelens die eerder werden weggestopt nu de vrije loop te laten. Waar op het debuutalbum ‘My Love Is Cool’ liefdesliedjes juist taboe waren, gaan nu vrijwel alle liedjes over relaties en is er ook een liedje voor elke stemming.
Openingsnummer ‘The Beach’ opent met een simpel baslijntje van bassist Theo Ellis en kwetsbare zang van Rowsell. De track ontwikkelt zich echter als een plots opkomende storm aan zee en veel te plotseling word je overspoeld en is het nummer afgelopen. De bevrijding komt niet met slotnummer ‘The Beach II’, want dat nummer klinkt vanaf het begin al dreigend. Opvallend daarin zijn gitaarklanken zoals we die kennen van de Cocteau Twins. ‘Delicious Things’ lijkt een metafoor voor de verwondering over wat de band bereikt heeft; het gaat over een meisje dat niet kan geloven dat ze in Los Angeles staat. In praatzang doet ze daar verslag van, afgewisseld met een overweldigend refrein. Met ‘Lipstick On the Glass’ blijven we nog even in Hollywoodsferen, want hoewel je dit nummer als een typisch Wolf Alice-nummer kunt typeren, klinkt er tegelijkertijd het geluid van een soulvolle 70’s soundtrack in door, met veel lagen. Daarmee is het een van de hoogtepunten van het album. Daarna klinkt er oprechte boosheid door in de tweede single ‘Smile’, een stevig nummer met een bijzondere videoclip, waarin Rowsell afrekent met de negatieve reacties die ze ontving op de expliciete tekst van ‘Yuk Foo’ van het vorige album. Haar gebruiksaanwijzing luidt: “Wind it up and this honeybee stings, wind her up and this honeybee sings”. In het sensuele en intieme ‘Feeling Myself’ doet ze er daarom nog een schepje bovenop. Het is een nummer dat start met fluisterzang en een orgeltje, maar verder veel dramatiek en dynamiek bevat, met uitwaaierende gitaarklanken en ter afsluiting weer het orgeltje. De schreeuwzang die we kennen van ‘Yuk Foo’ keert overigens weer terug in ‘Play The Greatest Hits’.
Op het album vinden we drie echt emotionele liefdesliedjes terug. Het stemmige ‘Safe From Heartbreak {If You Never Fall In Love}’ lijkt vooral gericht aan de zangeres zelf, want afwijkend van de titel zingt ze ‘If I Never Fall in Love’. De boodschap wordt ondersteund door een devoot koortje en opvallend is de mannelijke tweede stem. In ‘How Can I Make It OK?’ komt die tweede stem weer van Rowsell zelf, in een uitgekiend vocaal arrangement. Ook de opbouw van dit nummer is meer dan oké en de titel blijft hangen als een oorwurm. Na het verdriet komt de berusting; dat is de strekking van ‘No Hard Feelings’ over het einde van een relatie. Het wordt vol compassie gezongen en ook het basloopje maakt het toch een licht nummer. In de videoclip zie je de bushalte terug van de albumcover.
Producer Markus Dravs (Arcade Fire, Björk, Florence + The Machine) heeft een belangrijke rol gespeeld bij de balans op dit album door de band kritisch te laten kijken naar opbouw van elke track. Alleen voor een nummer als ‘Delicious Things’ werd de omgekeerde weg gevolgd en werd een nummer juist uitgekleed.

Is er nog slecht nieuws? Ja, toch wel. Want in de eerste plaats kun je je afvragen waarom de band heeft gekozen voor juist deze albumcover en in de tweede plaats of er dit jaar nog een beter album uitkomt dan dit van Wolf Alice.

Dirty Hit

Foto door: Jordan Hemingway